Fascinating werkt aan de landbouw van de toekomst. Groningen is een voorloperregio in de systeemverandering van de landbouw en tijdens het evenement stond de toekomst van de boer centraal. Maar, de boer kan het niet alleen. De uitdagingen in de sector zijn te groot om door één partij opgelost te worden. Tijdens het Groeifeest brachten we verschillende partijen met ieder een eigen perspectief op deze verandering samen. Ondanks de verschillen in politieke kleur ontstond er verbinding: samenwerking door de hele keten is essentieel voor vooruitgang.
Op donderdag 7 november kwamen ongeveer 100 professionals uit de AgroFood-sector bijeen in het Stadslab in Groningen voor de 3e editie van het Fascinating Groeifeest. Samen kom je verder, maar hoe? Onder leiding van moderator Irene ten Dam (ISPT) gingen Jan Sikkema (Fascinating), Tjeerd Jongsma (Fascinating), Kirsten de Wrede (Gemeente Groningen), Henk Emmens (Provincie Groningen), Hanneke van Ormondt (Urgenda) en Iris Bouwers (agrarisch ondernemer) in gesprek over de vraag: “Wat kunnen de unieke Fascinating-aanpak en de nieuwe Haagse beleidsintenties voor de landbouw voor elkaar betekenen, naast provinciale ambities en plannen?” Lees hier de hoogtepunten en belangrijkste inzichten uit het Groeifeest.
Van bedreigingen naar kansen
Jan Sikkema, technisch directeur van Fascinating, opent het Groeifeest met de boodschap dat duurzame en gezonde voeding onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Een toekomstbestendig agrarisch systeem moet daarom niet alleen duurzaam produceren, maar ook de gezondheid en nutriëntenbehoefte van mensen ondersteunen.
Ondanks de uitdagingen in de agrarische sector ziet Sikkema kansen en gelooft hij dat Nederland met zijn kennis en kunde een voortrekkersrol kan spelen. “Door bedreigingen om te buigen tot kansen, zoals bijvoorbeeld het toevoegen van een vierde gewas, dat voor iedere boer verschillend kan zijn, kunnen we nieuwe wegen inslaan,” aldus Sikkema.
Sikkema legt enkele kernactiviteiten binnen de 24 actieve projecten van Fascinating uit. Een belangrijke mijlpaal is het Agrifood Transition Model, gebaseerd op open-sourcedata en gevalideerd door experts. Dit model maakt het mogelijk om verschillende scenario’s en de effecten van keuzes op de hele keten te verkennen en biedt ruimte voor experimenteren.
Naast het leveren van hoogwaardige producten voor de wereldmarkt ziet hij mogelijkheden voor het leveren van producten aan lokale markten. Aanvankelijk aan grote instellingen zoals ziekenhuizen en zorginstellingen en parallel in een ontwikkelende markt voor consumenten. Korte ketens dus, met eerlijke prijzen voor boeren.
De eiwittransitie is noodzakelijk
De volgende spreker is Kirsten de Wrede, wethouder in Groningen namens de Partij voor de Dieren. Als eerste wethouder in Nederland met eiwittransitie in haar portefeuille, benadrukt zij de impact van ons voedselsysteem op de natuur en de dringende noodzaak van deze transitie. “Slechts 4% van de biomassa bestaat nog uit wilde dieren, terwijl 66% uit landbouwdieren bestaat. Dat legt een zware druk op de biodiversiteit.”
De Wrede belicht positieve initiatieven in haar gemeente, zoals voedselbossen, moestuinen en educatieve programma’s om kinderen bewust te maken van duurzaam en gezond eten. Tegelijkertijd uit ze haar zorgen over de toenemende monocultuur en de afname van het aantal boeren. Ze pleit voor een zelfvoorzienend voedselsysteem met korte, regionale ketens, die onder andere door samenwerking met de gemeente, provincie en Fascinating in ontwikkeling is. “Groningen kan een voorbeeldfunctie vervullen door boeren met andere regionale partijen te verbinden en de lokale voedselketen te versterken,” ze moedigt de aanwezigen aan om hun ideeën te delen.
Land in zicht
Hanneke van Ormondt, hoofd landbouw en biodiversiteit van Urgenda, presenteert Urgenda's landbouwvisie "Land in Zicht." Urgenda blijft het behoud van een stabiel inkomen voor boeren noodzakelijk vinden, maar pleit wel voor natuur-inclusieve landbouw, een aanpak die ruimte vraagt maar essentieel is om de balans tussen biodiversiteit en voedselproductie te behouden. Een model gebaseerd op natuur-inclusieve landbouw is volgens Urgenda beter voor het milieu, de gezondheid én de boeren. Daarom stelt van Ormondt het “7 vinkjes model” voor, waarmee boeren die voldoen aan vijf tot zeven criteria – zoals geen kerende grondbewerking, geen kunstmest en minimaal 10% landschapselementen (zoals heggen of bloemranden) – €1.000 per hectare kunnen ontvangen van Urgenda. Zo willen ze financiële drempels verlagen en de boer belonen voor natuur-inclusieve landbouw. Dit model heeft naar schatting een maximale kostenpost van €1,8 miljard, maar de verwachte besparingen op zorg- en milieukosten kunnen oplopen tot minstens €12 miljard.
Van Ormondt hoopt dat gemeenten en provincies zich bij het initiatief aansluiten en benadrukt: “Boeren missen vaak de zekerheid op lange termijn in het beleid, en samen met financiële zorgen kan dit de verandering belemmeren. Wij willen die zekerheid bieden.” Ook nodigt Hanneke van Ormondt uit tot verdere dialoog: “Het 7-vinkjesmodel is geen vaststaand plan, maar een uitnodiging tot gesprek en samenwerking.”
De boer aan het roer
De laatste key-note spreker is Iris Bouwers, agrarisch ondernemer in zowel akkerbouw als vleesvarkens, met ook een breed bestuurlijk portfolio. Bouwers benadrukt het belang van samenwerking: "Wij boeren moeten doen waar we goed in zijn.” begint Bouwers. Ze wijst op de indrukwekkende prestaties van de landbouw: meer dan 100 miljard euro aan export, de laagste milieu-impact wereldwijd en toonaangevende dierenwelzijnsnormen. "Dit maakt ons als klein land een grote speler," zegt ze. Tegelijkertijd zijn er uitdagingen zoals stikstof en emissies, die de sector voor nieuwe keuzes stellen.
Iris Bouwers pleit voor een strategische dialoog met de EU en benadrukt de complexiteit van de keuzes waarmee boeren te maken hebben. Ze verwijst naar haar eigen ervaring, waarbij ze bijvoorbeeld moet kiezen tussen betere leefomstandigheden voor haar varkens en de hogere kosten die dat met zich meebrengt. Hetzelfde geldt voor de keuze tussen natuurbescherming en ruimte voor meer gewassen. Bouwers balanceert vaak tussen conflicterende belangen, die economische verliezen kunnen veroorzaken. Dit is extra uitdagend voor haar, omdat het niet alleen om haar eigen inkomen gaat, maar ook om het pensioen van haar ouders, dat aan de onderneming is verbonden.
Ze roept op tot beleid dat boereninkomen en de toekomst van jonge boeren waarborgt en benadrukt dat boeren behoefte hebben aan een heldere langetermijnvisie. "Geen beleid dat van de hak op de tak springt, maar een duidelijke koers met een stip op de horizon." Het is belangrijk dat de boer zelf meepraat en meedenkt, maar er moet ook financiële ruimte komen om te experimenteren en door te ontwikkelen. "Geen taken zonder knaken," concludeert Bouwers.
Dialoog als sleutel tot samenwerking
Tijdens de paneldiscussie is een belangrijk onderwerp wat de rol van de agrifoodsector is nu het landbouwbeleid hapert. Henk Emmens vindt dat de sector zelf het voortouw moet nemen. “Boeren willen wel, maar voelen zich vaak niet gehoord,” zegt hij. Tjeerd Jongsma benadrukt het belang van een interdisciplinaire dialoog, waar ook kritische stemmen gehoord worden. Kirsten de Wrede voegt toe: “Niet alleen over boeren praten, maar mét boeren praten.”
Daarnaast stelt Ten Dam de vraag hoe in te spelen op de veranderende consumentenvraag, waar gezonder en duurzamer eten steeds meer aandacht krijgt. Hanneke van Ormondt merkt op dat consumenten nog niet echt veranderd zijn; ondanks goede bedoelingen kiezen ze vaak de goedkoopste optie. Tjeerd Jongsma ziet dat vooral de jongere generatie meer aandacht heeft voor duurzaam en gezond voedsel. Henk Emmens noemt de korte keten, waarbij duurzaam geproduceerd voedsel direct terecht komt bij regionale partners zoals ziekenhuizen en universiteiten, als een belangrijke push-factor. "Innovatie is belangrijk en je moet ergens beginnen," zegt hij. "Laten we dat dan in Groningen doen.”
Tot slot wordt de rol van constructieve dialoog besproken, de kern van de dag: écht in gesprek gaan met de belangrijkste spelers uit het veld. “Blijf met elkaar in gesprek,” luidt de conclusie. Tjeerd Jongsma benadrukt in het slot woord dat we terug moeten naar de basis: relevant voedsel produceren, afgestemd op de behoeften van de consument waaraan boeren een eerlijke boterham verdienen. "Blijkbaar gaat er ook in dit opzicht niets boven Groningen, want hier weten spelers van verschillende politieke kleur en afkomst elkaar te vinden in werkbare visies op een landbouw met toekomst."
Het kabinet trekt de stekker uit het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Onduidelijk is wat hiervoor in de plaats komt. Groningen toont hoe de sector zelf aan systeemverandering voor de landbouw werkt, schrijft Tjeerd Jongsma van Fascinating in dit opiniestuk.
Hoe gaan we boeren en de landbouwsector toekomstperspectief en ontwikkelruimte geven, de stikstofuitstoot reduceren en natuur en biodiversiteit beschermen? In politiek Den Haag lijkt een alomvattend plan te ontbreken. Dit gebrek aan regie zet de toekomst van onze landbouw op het spel en vergroot de onzekerheid voor alle spelers in de sector.
Politici en ambtenaren in het Haagse zouden de ogen eens noordwaarts moeten richten. In Groningen laat het Fascinating-programma zien dat een duidelijke visie op landbouw en gezond voedsel, brede ketensamenwerking en open innovatie wel degelijk tot oplossingen en systeemverandering kunnen leiden. Dit programma biedt een compleet en toekomstbestendig alternatief en kan als voorbeeld dienen voor de rest van het land.
Kom naar het event
De jaarlijkse bijeenkomst van alle betrokken (en geïnteresseerde) partijen bij Fascinating (‘Het Groeifeest’) vindt dit jaar plaats op 7 november bij Stadslab in Groningen. Bij deze gelegenheid zullen sprekers uit de wereld van de agrofood stilstaan bij de vraag: “Wat kunnen de unieke Fascinating aanpak en de nieuwe Haagse beleidsintenties voor de landbouw, naast de provinciale ambities en plannen, voor elkaar betekenen?". Mis het niet! Praat met ons mee over de 'Toekomst voor de boeren en boeren voor de toekomst'. Meld je aan via onderstaande button.
In plaats van versnipperde initiatieven richt Fascinating zich op optimalisatie in de hele keten: van een betere bodemkwaliteit en circulaire verwerking van gewassen tot en met hoogwaardige voedingsstoffen voor de consument. De focus in de aanpak ligt op wat de boer, consument en samenleving echt nodig hebben: meer gezondheid per hectare.
"Met verschillende partijen is een blauwdruk opgesteld voor het gewenste voedsel- en landbouwsysteem" Tjeerd Jongsma
Samen bouwen boeren, verwerkende bedrijven en andere ketenpartners, kennis- en onderwijsinstellingen aan een transitie naar een regeneratief landbouwsysteem waar boeren weer een gezond verdienvermogen, consumenten gezonder voedsel en de samenleving een gezonder leefmilieu en klimaat hebben.
Fascinating werkt aan een gezamenlijke agenda voor systeemverandering. Daarvoor is de verbinding gemaakt tussen alle belangrijke spelers in de landbouwsector in deze provincie – met relatief veel melkveebedrijven, akkerbouw (suikerbieten, aardappelen en graan) en verwerkende bedrijven. Samen is een blauwdruk opgesteld voor het gewenste voedsel- en landbouwsysteem.
Nieuwe inzichten
Onderzoeks- en praktijkprogramma's zijn opgestart en er zijn inzichten verkregen voor allerlei innovaties in bodembeheer, mestverwerking en -vergisting. Denk ook aan nieuwe vormen van samenwerking tussen veehouderij en akkerbouw, groene energieopwekking op de boerderij, de eiwittransitie en verwerking van biobased restmaterialen voor woningbouw en nieuwe chemie.
Meerdere inkomstenbronnen creëren geeft boeren de mogelijkheid duurzaam te produceren zonder financiële onzekerheden. Fascinating verbindt vanuit de gezamenlijke visie en ambitie, initieert onderzoeken en demonstreert en valideert innovaties. Daarmee worden innovatierisico's verminderd, hindernissen geslecht en leren ketenpartijen elkaar kennen. Ondernemers en bedrijven zorgen op hun beurt voor de realisatie door te investeren in innovaties, samen met hun partners.
Provincies en Den Haag moeten deze ervaringen ter harte nemen. Terwijl Groningen de toekomst van de landbouw veiligstelt en kiest voor ketenbreed gedragen systeemverandering, blijft nationaal beleid hangen in kortetermijnoplossingen, beleidsversplintering en gebrek aan visie. Door nu te kiezen voor een samenhangend plan kunnen we ketenspelers mobiliseren en de transitie naar een volhoudbare landbouw realiseren, waarbij natuur en biodiversiteit beter worden beschermd.
Het origineel is eerder gepubliceerd in de Nieuwe Oogst
Afgelopen week verscheen er in Eiwit Trends (voorheen bekend als Food&Agribusiness) een interview met Jorn Trommelen, projectleider van Plant-IAAO.
De meeste dierlijke eiwitten hebben over het algemeen een betere aminozuursamenstelling dan plantaardige. In het project Plant-IAAO wordt gekeken naar de invloed van eiwitkwaliteit op de optimale eiwitinname. Dat gebeurt aan de hand van de IAAO-methode, die recent door de Universiteit van Maastricht voor het eerst in Europa is toegepast.
Jorn Trommelen, assistent-professor bij de vakgroep Humane Biologie aan de Universiteit
Maastricht, is betrokken bij het project Plant-IAOO (Indicator Amino Acid Oxidation). In dat project wordt
gekeken naar de invloed van eiwitkwaliteit op de optimale eiwitinname. “In de eiwittransitie is heel veel aandacht voor het klimaat. Dat is de voornaamste drijfveer. Maar de voedingskwaliteit is eveneens heel belangrijk.” Dat is een breed begrip, benadrukt hij. “Dit gaat niet alleen om vitaminen en mineralen, maar ook om de eiwitkwaliteit.” De eiwitkwaliteit wordt bepaald door de essentiële aminozuren die we in een bepaalde verhouding nodig hebben, weet Trommelen. “Bij dierlijke producten zijn deze over het algemeen meer aanwezig en in een betere verhouding dan in plantaardige. Dat heeft dus gevolgen voor de eiwittransitie. Als we overgaan naar meer plantaardige voeding, dan heeft dat mogelijk een negatieve invloed op de benodigde hoeveelheid eiwit.”
Daar komt volgens hem nog een extra factor bij kijken: “Plantaardige voeding heeft vaak een hoog vezelgehalte. Dat is heel gezond, maar er kunnen ook nadelen zijn. Sommige vezels, of andere anti-nutriënten in planten, kunnen ervoor zorgen dat het eiwit minder goed wordt verteerd en de essentiële aminozuren minder goed worden opgenomen.” De lichamelijke conditie van de consumenten speelt eveneens een rol. “De meeste volwassenen kunnen prima met een plantaardig dieet, dat wellicht iets minder efficiënt is dan een dieet met dierlijke producten, uit de voeten. Maar voor ouderen, die te maken hebben met spierverlies, is het wel heel belangrijk om voldoende essentiële aminozuren in de juiste verhouding binnen te krijgen. Datzelfde geldt bijvoorbeeld voor volwassenen die in het ziekenhuis liggen. Ook voor hen kan het tijdelijk beter zijn om meer dierlijke eiwitten binnen te krijgen.”
Lees het hele artikel op Eiwit Trends (voorheen bekend als Food&Agribusiness)
Donderdag 7 november, 12:30 - 18:30 uur in Stadslab Groningen.
Het Fascinating Groeifeest
De jaarlijkse bijeenkomst van alle betrokken (en geïnteresseerde) partijen bij Fascinating (‘Het Groeifeest’) vindt dit jaar plaats op 7 november bij Stadslab in Groningen. Bij deze gelegenheid zullen sprekers uit de wereld van de agrofood stilstaan bij de vraag: “Wat kunnen de unieke Fascinating aanpak en de nieuwe Haagse beleidsintenties voor de landbouw, naast de provinciale ambities en plannen, voor elkaar betekenen?".
Eén ding is duidelijk: we moeten snel een manier vinden om het verdienvermogen en toekomstperspectief van agrarische ondernemers te verbeteren (‘Toekomst voor de Boer’). Tegelijkertijd moeten we haalbare plannen en maatregelen vinden voor een duurzamer, regeneratief voedsel- en landbouwsysteem met minder emissies naar water, bodem en lucht (‘Boeren voor de Toekomst’). Brede samenwerking is daarbij essentieel. De uitdagingen zijn te groot voor individuele partijen alleen. Samen kom je verder.
Zien we jou op donderdag 7 november?
Afgelopen week verscheen er in Eiwit Trends (voorheen bekend als Food&Agribusiness) een interview met Paul de Vos, programmadirecteur bij Fascinating, en Renate Akkerman, projectleider van Optimens, een project binnen Fascinating.
Is het mogelijk om mensen te voorzien in hun complete voedingsbehoefte met grotendeels plantaardige voeding? Dat is wat wordt onderzocht binnen het project Optimens. De eerste voorzichtige conclusies kunnen getrokken worden: het is mogelijk om een volledig aminozurenprofiel te krijgen met plantaardige voedingsmiddelen.
Optimens is een onderdeel binnen het Fascinating-project, een alomvattend programma richting de toekomst van de landbouw in Groningen. In het project Optimens zoeken ze naar de optimale balans tussen een volwaardig voedingspatroon voor de mens en een duurzaam bouwplan op Groningse bodem. Het loopt nu ongeveer een jaar en het is een vervolg op een eerder project. Daarin is gekeken naar een duurzaam landbouwsysteem. Paul de Vos is Program Director bij Fascinating en zijn collega Renate Akkerman is projectleider van Optimens. Samen vertellen ze over de eerste bevindingen.
Wat is duurzame landbouw volgens Fascinating?
Paul de Vos: “Binnen Fascinating zijn duurzaamheid en bodemgezondheid het uitgangspunt. Een hoge bodemkwaliteit bepaalt wat er in de plant zit. Een gezondere bodem kan leiden tot meer nutriënten in de gewassen. Daarnaast moet het ook economisch rendabel zijn en worden er minder gewasbeschermers gebruikt. Dit wordt allemaal onderzocht in één van de werkpakketten binnen Fascinating waarop Optimens nu voortborduurt. In dat project hebben we vastgesteld welke gewassen verbouwd kunnen worden in Groningen en welke mengteelten een positief effect hebben. In Optimens bouwen we daarop verder en kijken we wat er in die planten zit en of het nutriëntengehalte hoger is door onder andere mengteelt of andere duurzame strategieën.”
Lees het hele artikel op Eiwit Trends (voorheen bekend als Food&Agribusiness)
De splinternieuwe brochure over Fascinating staat nu online. Boordevol interessante verhalen, veel gestelde vragen over deelname aan Fascinating en prachtige visuals - alles wat je moet weten over de landbouw van de toekomst.
De boerderij van de toekomst draait om een gezonde bodem, hoogwaardige, voedingsrijke gewassen, een duurzaam en circulair landbouwsysteem én een goed verdienmodel voor boeren. Om dit allemaal waar te maken, is het landbouwprogramma Fascinating in het leven geroepen.
De online brochure biedt een uitgebreide blik op ons toekomstperpectief voor boeren, op de laatste ontwikkelingen en op onze projecten. Blader door de online brochure over Fascinating.
Fascinating nodigt actief organisaties en maatschappelijke partijen uit om deel te nemen.
Deze vegan bitterbal is een smakelijk en gezonder alternatief voor de traditionele bitterbal. Bovendien is ze het resultaat van een baanbrekend regionaal samenwerkingsproject dat ernaar streeft om uit duurzaam geteelde gewassen nieuwe, gezondere producten te ontwikkelen.
Wat is er uniek aan deze vegan bitterbal?
De bitterbal onderscheidt zich door:
- Het hoge eiwitgehalte
- Gemaakt van plantaardige ingrediënten uit de regio Groningen, waaronder veldbonen
- Pompoenpitten in de korst voor extra crunch
Gezondere vegan snack
Plantaardige eiwitten verschillen van dierlijke eiwitten in hun aminozuursamenstelling en verteerbaarheid:
- In vergelijking met dierlijke eiwitten, zijn plantaardige eiwitten op een andere manier gevouwen, wat hun vertering door het menselijk lichaam bemoeilijkt.
- Echter, bepaalde plantaardige eiwitten missen essentiële aminozuren die noodzakelijk zijn voor spieropbouw.
Deze bitterbal is ontwikkeld vanuit het programma Fascinating, waarin we streven naar gewassen die de aminozuurprofielen van dierlijke eiwitten benaderen. We voegen bijvoorbeeld voedselvezels toe om darmbacteriën te voeden. Dit resulteert in een plantaardige snack die gezonder én evenwichtiger is dan dierlijk eiwit.
Voeding van de toekomst
Kirsten de Wrede, wethouder voor eiwittransitie in de gemeente Groningen, benadrukt de grote waarde van deze vegan snack: "Samen bewegen we naar een gezondere en duurzamere benadering van voedselproductie. Het verschuiven van dierlijke naar plantaardige eiwitten en het verkennen van nieuwe eiwitbronnen, oftewel de eiwittransitie, staat hierbij centraal. Het vervult me met trots dat wij hier in de gemeente Groningen, als deelnemers aan dit samenwerkingsinitiatief, de vegan bitterbal mogen presenteren."
"Dit is een voorproefje van de voeding van de toekomst. Meer plantaardig, duurzamer en gezonder. In Groningen zijn alle componenten aanwezig om nieuwe producten zoals de vegan bitterbal te ontwikkelen: expertise, vaardigheden en grondstoffen, zoals duurzaam geteeld graan uit de gemeente Oldambt, de Graanrepubliek van Nederland.
Meer weten? Kijk dan op https://campus.groningen.nl/future-food
Het project is een gezamenlijk initiatief van Fascinating, Royal Avebe, Bidfood, Campus Groningen, Gebiedscoöperatie Zuid- en Oost- Groningen, Hanzehogeschool Groningen, ME-AT the Alternative, MFH Pulses, Patrick Beijk (Mr. Mofongo & de Toekomst Scheemda), Wad’n Keuken, de gemeente Groningen en gemeente Oldambt.
Sinds het stimuleren van duurzame energie, zijn er in Nederland steeds meer groencertificaten beschikbaar. Een groencertificaat, ook wel Garantie van Oorsprong (GvO) genoemd, is een verkoopbaar administratief bewijs dat je als ondernemer groene energie opwekt. Een interessant verdienmodel. Maar hoe werkt het systeem precies en hoe ga je hier als ondernemer het beste mee om?
Bij Fascinating verrichten we met onze innovatieprogramma's pionierswerk met het onderzoeken en inrichten van een circulair voedsel- en landbouwsysteem. Energie is een belangrijk thema waar we in diverse projecten aan werken. Zo kijken we bijvoorbeeld samen met boeren naar de mogelijkheden om energie op te wekken op de boerderij via mestvergistingsinstallaties of wind- en zonnepanelen. Een goed verdienmodel is daarbij een belangrijk uitgangspunt.
Het systeem van groencertificaten
Nederland telt 52.100 bedrijven met agrarische activiteiten (CBS, 2021) die samen zo’n 6 TWh aan duurzame energie opwekken. Bij de productie van hernieuwbare elektriciteit wordt voor elk megawattuur (MWh) een groencertificaat (GvO) aangemaakt. GvO’s dienen om te bewijzen dat de geleverde energie daadwerkelijk duurzaam is opgewekt. Een GvO is dus het administratieve bewijs. Het geeft informatie over waar, wanneer en uit welke bron de energie is opgewekt. In Nederland verstrekt de instantie VertiCer deze bewijzen. “Zo’n groencertificaat kun je aanvragen als je minimaal 1.000 kWh aan energie opwekt via zonnepanelen, windmolens of groen gas uit mestvergisters”, vertelt Bram Qualm, programmadirecteur bij Fascinating. “Als je als ondernemer zelf energie opwekt, kan je er ook voor kiezen het certificaat via handelaren te verkopen aan partijen die zelf geen groene energie opwekken. Dit kan een interessant verdienmodel zijn. Maar als je het certificaat verkoopt, wek je op papier geen groene stroom meer op”, vervolgt Bram.
Een slim verdienmodel?
Uit een enquête van Nieuwe Oogst in opdracht van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE), is gebleken dat 57% van de 1300 geïnterviewde boeren en bedrijven uit de agrarische sector, overweegt om te investeren in duurzame energie. Daarbij speelt kostenbesparing (68%) en minder afhankelijkheid van fluctuerende energieprijzen (47%) een grote rol. Daarnaast ziet 40% van de boeren het opwekken van duurzame energie als een aanvullend verdienmodel.
Hoe ga je dan als ondernemer slim met dit groencertificaat om? Daarin heb je meerdere keuzes. “Als ondernemer, bijvoorbeeld als akkerbouwer of melkveehouder, is het verstandig om eerst zelf maximaal gebruik te maken van de duurzaam opgewekte energie om eigen processen te vergroenen. Alle energie die je overhoudt, kun je rendabel maken. Bijvoorbeeld door het te verkopen aan organisaties binnen de eigen keten, of voor een maximale financiële opbrengst buiten de keten”, zegt Gerrit Schilstra, programma manager bij Agrifirm. “Het is handig om de GvO’s binnen de eigen keten te houden, zodat je als ondernemer de keten helpt vergroenen. Daarentegen speelt natuurlijk ook de vraag mee wie er het meest voor betaalt.”
Kopen of verkopen?
Als ondernemer ben je niet verplicht om certificaten te kopen of te verkopen. Het is van belang om goed na te gaan wat je met de certificaten doet. Gebruik je het voor het vergroenen van je eigen bedrijfsvoering? Of kies je er voor jouw opgewekte groene energie terug te leveren aan het net en te verkopen voor de beste prijs? Uiteindelijk is het voor iedereen een persoonlijke beslissing. “Bij LTO proberen wij leden erop te wijzen wat GvO’s zijn en wat je er mee kan. Door certificaten te kopen, ondersteun je duurzame opwekkers bij het investeren in de productie van groene stroom en groen gas. Door te verkopen, help je andere partijen te vergroenen die dat zelf niet kunnen”, vertelt Wouter Veefkind, programma manager bij LTO Noord. “LTO biedt daarnaast een handelsplatform ‘Energie van Boeren’ aan om de groencertificaten namens agrarische ondernemers te verhandelen voor de beste prijs. Zo zorgen we ervoor dat duurzame energie beschikbaar wordt voor iedereen.”
De energiemarkt is een ingewikkelde markt. Door diverse administratieve regelingen, verdelingen en belastingen is de markt ondoorzichtig geworden. Als expert ben je volledig op de hoogte van het systeem, maar als nieuwe toetreder kan het complex zijn. Zorg er daarom voor dat je goed geïnformeerd bent en maak een keuze op basis van wat het beste uitpakt voor je eigen bedrijfsvoering.
Ben je benieuwd naar jouw energiegebruik en wil je meer inzicht krijgen over de opwek- en gebruiksmogelijkheden van energie? Meld je aan voor het project Energiescans.
Tijdens de innovatiedagen van de Wageningen Universiteit & Rearch en Innovatie Veenkoloniën, organiseert Fascinating op 3 juli een symposium met als thema 'Is de boer de dokter van de toekomst?'. Samen met experts gaan we in gesprek over hoe een gezond microbioom in de bodem bijdraagt aan het herstel van biodiversiteit én ons eigen immuunsysteem.
Datum: woensdag 3 juli 2024
Tijd: 14:30 - 16:30 uur (inloop vanaf 14:00 uur)
Locatie: Noorderdiep 211, 7876 CL Valthermond. Op de proefboerderij in de 'Grote Zaal'.
Programma
14:00 - 14:30 uur Inloop met koffie/thee
14:30 - 14:45 uur Opening door Henk Emmens, gedeputeerde Provincie Groningen
14:45 - 15:00 uur Welkom namens Fascinating door Jan Sikkema
15:00 - 15:30 uur Theo Mulder over de verbinding tussen ons eten en de maatschappij
15:45 - 16:15 uur Marco van Es over de microbiële bodem in relatie tot de gezondheid van de mens
16:30 uur Verwacht einde
Over de sprekers
Theo Mulder
Theo is directeur van Mulder Agro en oprichter van Symphony of Soils en CO2L Farming waaruit nu 4 kruiwagenmars initiatieven zijn georganiseerd van Schiermonnikoog tot Brussel. Met deze drie organisaties streeft hij naar een beter bodem leven. Hij is er van overtuigd dat een gezonder gewas, en daarmee ook een gezonder leven, begint bij een gezonde bodem.
Deze middag neemt hij je mee in zijn lezing 'Is de boer de dokter van de toekomst?' Hippocrates sprak het uit: “laat voeding je medicijn zijn”. De boer is samen met zijn/haar grond de eerste in de keten van onze voedselvoorziening. Hoe herstellen we de verbinding met ons eten en de maatschappij?
Marco van Es
Marco van Es is keynote spreker, microbes consultant en oprichter van stichting Bac2Nature. Centraal staat hierin zijn overtuiging dat veerkrachtige gezondheid van mensen wordt versterkt wanneer zij meer in contact komen met natuurlijke micro-organismen.
Met een TED-achtige presentatie neemt hij de luisteraar mee in zijn verhaal over hoe microbiële biodiversiteit van de bodem bijdraagt aan de gezondheid van de mens.
Kom je ook?
Graag nodigen we je uit om tijdens de Innovatiedagen deel te nemen aan dit symposium op 3 juli. Het beloofd een inspirerende middag te worden! Meld je gratis aan via onderstaand formulier (VOL=VOL).
De Innovatiedagen
Tijdens de innovatiedagen op 3 en 4 juli staan de uitdagingen voor de landbouw van de toekomst centraal. Er is een programma samengesteld waarin de uitdagingen op het gebied van het bouwplan en de teelt samenkomen. Het thema dit jaar is 'Boer zoekt toekomst'. Meer weten? Bekijk hier het programma van Innovatie Veenkoloniën.
De omslag naar een plantaardig en minder dierlijk voedingspatroon heeft consequenties voor de nutriënten die we binnenkrijgen. Want eiwitten uit plantaardige bron zijn op dit moment nog van mindere kwaliteit dan die uit dierlijke bron. Wetenschappelijk onderzoek toont nu aan dat de rijke Groningse bodem goed in staat lijkt te zijn om gewassen te realiseren met hogere nutritionele waarde. Daarmee wordt de terugval in voedingswaarde gecompenseerd.
Vanwege het klimaat en onze gezondheid stappen veel consumenten over naar een meer plantaardig voedingspatroon. Op basis van de laatste onderzoeken* is een duidelijke trend waarneembaar: Nederlanders eten meer groenten, fruit, noten en peulvruchten en minder rood vlees en bewerkt(e) vlees(waren).
Eiwitten uit plantaardige bron zijn (nog) van mindere kwaliteit
Eiwitten uit plantaardige bron (zoals granen, peulvruchten, noten, zaden, soja) zijn op dit moment nog van mindere kwaliteit dan die uit dierlijke bron (zoals zuivel, vlees, eieren, vis). Bovendien verteren plantaardige eiwitten moeilijker in ons lichaam en nemen we ze minder goed op. Kortom, een meer plantaardig dieet heeft consequenties voor de voedingswaarden.
Optimens: gezonde voeding én verdienmodel akkerbouw
Prof. dr. Paul de Vos doet onderzoek naar de vraag: kunnen we de consument voorzien van plantaardig, lokaal geteeld, eiwitrijk voedsel met meer nutriënten? De Vos is als programmadirecteur verbonden aan het Groningse landbouwprogramma Fascinating van het Institute for Sustainable Process Technology (ISPT) in Amersfoort. Daar werkt hij samen met dr. Renate Akkerman aan het onderdeel ‘Optimens’.
Paul de Vos: “Binnen Optimens zoeken we naar de optimale balans tussen een gezond voedingspatroon voor de consument én een optimaal bouwplan voor de akkers. We vullen daar traditionele gewassen, zoals granen, aardappelen en suikerbieten aan met een ander eiwitrijk gewas, zoals veldbonen of andere peulvruchten. Voorwaarde is wel dat het gewas bodemuitputting moet voorkomen en dat het de boeren een goed verdienmodel oplevert. De boeren telen duurzaam met gewasrotatie, strokenlandbouw en maken gebruik van dierlijke mest en mineralen om de bodem te verrijken."
Renate Akkerman: “Optimens wil inzicht krijgen in de veranderende behoeften aan nutriënten bij consumenten bij een modern voedingspatroon. Deze gegevens gebruiken we vervolgens om te bepalen of de Groningse bodem kan voorzien in deze behoefte.“
Over Optimens
Binnen Fascinating zoekt het project Optimens naar manieren om de kwaliteit van de aminozuren op een hoger peil te krijgen, door betere en mildere verwerking van plantaardige eiwitten. Vervolgens kijken we hoe de Groningse bodem kan voorzien in die behoefte, en welke gewassen geschikt zijn om te telen met behulp van circulaire landbouwmethoden. Hierbij wordt rekening gehouden met beperkingen van een economisch rendabel bouwplan en mogelijke uitputting van de bodem. De centrale vraag is: kun je door efficiëntere verwerking van eiwitrijke gewassen, goed verteerbare en hoogwaardige eiwitproducten maken die in staat zijn te concurreren met hoge-kwaliteit dierlijke eiwitten?
20% meer plantaardige eiwitten volstaat
Onderzoeker dr. Jan de Vries is ook betrokken bij het onderzoek. Jan de Vries: “Na anderhalf jaar onderzoek kunnen we concluderen dat consumenten kunnen volstaan door 20% meer plantaardige eiwitten in te nemen. Dan krijg je de essentiële aminozuren uit planten goed binnen. Deze extra inname ondervangt het probleem van de lagere kwaliteit van plantaardig eiwit en minder goede verteerbaarheid. Andere mineralen, zoals ijzer en calcium of belangrijke vitamines zoals B2 en B12, zullen toch vooral uit dierlijk voedsel zoals vlees en zuivel gehaald moeten worden.”
Groningse bodem geschikt om deze gewassen te produceren
“Verder blijkt de Groningse bodem zeer goed in staat is om te voorzien in de eiwitten en aminozuren die passen bij een modern, meer plantaardig dieet. Zeker als dit op een duurzame, regeneratieve manier gebeurt en de bodem verrijkt wordt met organisch materiaal en mineralen. Een rijkere en meer vruchtbare bodem levert duidelijk meer nutritionele waarde op in de gewassen. En dat levert gezonder voedsel op voor de consument.”
* Voedselconsumptiepeilingen (VCP) in Nederland van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en het RIVM
Andere innovaties binnen Fascinating
Een andere innovatie waar Fascinating aan werkte, is de ‘Grunniger’ plantaardige en eiwitrijke bitterbal. Die vegan snack is door een krachtenbundeling van Groningse Fascinating-partners, horeca, een snackfabrikant, Campus Groningen, de gemeente Groningen, onderwijsinstellingen en vele anderen op de markt gebracht. “Dit is de horecasnack van de toekomst”, zo zegt Paul de Vos. “Gezonder, duurzamer, plantaardig en goed van smaak. Dit is waar we heen willen met het programma Fascinating.” Het eiwitgehalte van de Grunninger plantaardige bitterbal is uniek hoog en gevarieerd in samenstelling (aardappel-eiwit en veldbonen-eiwit). De bal is rijk aan vezels en niet onbelangrijk: goed van smaak.
De nutritionele waarde van plantaardige eiwitten is vaak lager dan dierlijke eiwitten door van nature aanwezige anti-nutritionele factoren, waaronder proteaseremmers die eiwitvertering vertragen. Deze proteaseremmers kunnen echter ook positieve, ontstekingsremmende effecten hebben in de darm. Dit project richt zich op beide aspecten van plantaardige proteaseremmers: 1) verwijdering of in-activatie van deze anti-nutritionele factoren met als doel een verhoogde bio-beschikbaarheid van plantaardig eiwit en 2) de toepassing van plantaardige proteaseremmers als mogelijke therapie voor chronische darmontstekingen.
Beschikbaarheid van aminozuren
De nutritionele waarde van plantaardige eiwitten is over het algemeen lager dan dierlijke eiwitten. Dit wordt veroorzaakt door tenminste twee factoren:
1) Niet alle essentiële aminozuren die de mens uit zijn voeding opneemt zijn in voldoende mate aanwezig in de plantaardige eiwitten. Voorbeelden hiervan zijn een laag gehalte van de zwavelhoudende aminozuren methionine en cysteïne, in bijvoorbeeld eiwitten uit erwt en veldboon. Of een laag gehalte aan het aminozuur lysine in bijvoorbeeld rijst- en tarwe-eiwitten. Door eiwitten uit verschillende plantaardige eiwitbronnen in een dieet te combineren, kan in een aantal gevallen toch in een compleet aminozuur profiel worden voorzien.
2) Naast de aanwezige aminozuren in eiwit, wordt de nutritionele waarde ook bepaalt door de beschikbaarheid van deze aminozuren. Een eiwit met een ideale aminozuur samenstelling kan namelijk alsnog een lage nutritionele waarde hebben als de aminozuren tijdens de vertering onvoldoende beschikbaar komen.
Anti-nutritionele factoren
Daarnaast kan de opname van aminozuren in het menselijk lichaam worden beperkt. In dat geval is er sprake van anti-nutritionele factoren. Dergelijke anti-nutritionele factoren worden door de plant gemaakt om zich te beschermen tegen bijvoorbeeld vraat door insecten en herbivoren. Dit mechanisme maakt de knollen en zaden minder aantrekkelijk om gegeten te worden. Hierdoor wordt de kans op een volgende generatie gewassen vergroot. Deze anti-nutritionele factoren bestaan uit een groep van diverse moleculen. Dit kunnen toxische verbindingen zijn, verbindingen die de vertering remmen (proteaseremmers), of de adsorptie van mineralen uit het dieet tegengaan. Door de proteaseremmers uit de plantaardige eiwitfractie te verwijderen of te inactiveren, wordt de verteerbaarheid van het eiwit bevordert. Hierdoor wordt de bio-beschikbaarheid van de aanwezige aminozuren in het plantaardige eiwit verbetert.
Proteaseremmers
Naast de ongewenste anti-nutritionele effecten van proteaseremmers in voeding, kunnen deze remmers juist ook gebruikt worden in het voorkomen en herstel van huidontstekingen. De ontstekingsremmende eigenschap van proteaseremmers opent de mogelijkheid om weefselherstel in de (zieke) darmen te bevorderen. Ontstekingsreacties in de darm, zoals aanwezig bij chronische darmziekten als de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa, kunnen mogelijk baat hebben bij het gebruik van plantaardige eiwitten met ontstekingsremmende eigenschappen.
Doel van OptiPPREM
Het doel van het OptiPPREM project is het verbeteren van de nutritionele waarde van plantaardige eiwitten door in-activatie of verwijdering van anti-nutritionele factoren. Hierdoor wordt de verteerbaarheid van het eiwit bevorderd. Dit leidt tot een complete of snellere verteerbaarheid en bio-beschikbaarheid van de aanwezige aminozuren in het eiwit. Dit project onderbouwd daarnaast de potentiële rol van plantaardige proteaseremmers bij het behoud en herstel van darmgezondheid.
Rolverdeling
Bij Avebe zal worden gewerkt aan de isolatie en karakterisatie van proteaseremmers waarbij de aardappel wordt gebruikt als modelsysteem. UMCG ontfermt zich over project 2: de toepassing van plantaardige proteaseremmers voor de behandeling van chronische darmontstekingen.
Meer informatie
Projectleiders: Marc Laus (Avebe) en Klaas Nico Faber (UMCG)
Opgave: Gezonde en gebalanceerde voeding
Partners: Avebe en UMCG
Looptijd: 1 januari 2024 t/m 31 december 2025
Wil je meer weten over het project ‘OptiPPREM'? Neem dan contact op met Agata van Oosten (Program Manager) via agata.vanoosten@ispt.eu, of met Nadine Kool (Program Officer) via nadine.kool@ispt.eu.
Dit project wordt mede gerealiseerd door het Nationaal Programma Groningen.
Nieuw onderzoek van Van Hall Larenstein en NIZO Food Research wijst uit dat de carbon footprint van de voedselverwerking met 80% omlaag kan en dat 99% circulaire verwaarding van reststromen in 2030 haalbaar is. De onderzoekers constateren dat halfvolle melk momenteel de grootste potentie heeft op het gebied van voedingswaarde, milieubelasting en marktprijs. Maar om (bijna) volledige circulariteit te behalen, moeten beide paden worden bewandeld: dierlijk en plantaardig.
Halfvolle melk duurzamer dan plantaardig alternatief
De wetenschappers van Van Hall Larenstein en NIZO Food Research - Peter de Jong, Franciska Woudstra- van Lune en Anne van Wijk - stellen in recentelijk gepubliceerd onderzoek Addressing Challenges in Sustainable Nutrient Production: A call for Innovation vast dat “halfvolle melk in het licht van voedingswaarde, milieukosten en marktprijs de beste keuze is. Plantaardige alternatieven blijken (vooralsnog) voor klimaat, gezondheid van de consument en betaalbaarheid een minder goede keuze te zijn.”
Plantaardige alternatieven schieten (nog) tekort
In een tijd waarin de agrarische en voedselproductiesector verantwoordelijk is voor ongeveer 30% van de wereldwijde broeikasgasemissies, biedt deze bevinding een verfrissende kijk op duurzaamheid. De wetenschappers achter het baanbrekende onderzoek leggen uit dat plantaardige alternatieven momenteel tekortschieten in vergelijking met traditionele zuivelproducten, zowel op het gebied van klimaatimpact als voedingswaarde.
Zo kost de fabrieksmatige verwerking van de nutriënten (zoals eiwitten) uit plantaardige bron maar liefst drie keer meer energie dan het verwerken van nutriënten uit koemelk.
Combinatie van plantaardig en dierlijk beste voor duurzaamheid
Echter, zij stellen ook dat een combinatie van plantaardig en dierlijk de beste optie is voor het realiseren van een duurzamer en klimaatvriendelijker voedselsysteem. Hiervoor zijn innovaties nodig. Plantaardige eiwitten moeten worden verbeterd in voedingswaarde en productiekosten moeten omlaag. Aan de andere kant moeten producenten van dierlijke eiwitten, zoals zuivel, streven naar een vermindering van hun CO2-voetafdruk. Hybride producten, die zowel dierlijke als plantaardige eiwitten combineren, worden ook beschouwd als een veelbelovende optie, maar vereisen verbeteringen in de gehele productieketen.
Door samenwerking kan carbon footprint van voedselverwerking met 80% omlaag
Als het alle spelers in de keten lukt om op een effectieve, transparante en circulaire samen te werken mét ondersteuning van kennisinstellingen kan de carbon footprint van de voedselverwerking maar liefst met 80% omlaag en de waardecreatie van plantaardige nutriënten met 20-50% omhoog door betere processing en valorisatie van het restmateriaal. Peter de Jong: "Laten we afscheid nemen van polarisatie tussen dierlijk en plantaardig, en ons richten op samenwerking om een veerkrachtiger voedselsysteem te creëren."
Fascinating, landbouw van de toekomst
Deze gedachte is in lijn met het gedachtegoed van de 4 pijlers van het programma 'Fascinating' van het Institute for Sustainable Process Technology (ISPT) in Amersfoort, waarin ook Van Hall Larenstein en NIZO Food Research partners zijn. Fascinating richt zich op duurzame landbouw, gezonde voeding en een gezonde leefomgeving. Peter de Jong, naast onderzoeker ook programmadirecteur bij Fascinating: "In Fascinating worden al oplossingen, zoals voeradditieven, kruidenrijk weiland en mono-mestvergisting, ontwikkeld en uitgerold met als doel om zowel zuivel als plantaardige eiwitten gezonder, duurzamer en smakelijker te maken."
De weg naar een duurzamer voedsellandschap vereist een gezamenlijke inspanning en een focus op zowel traditionele als innovatieve oplossingen.
Plantaardige eiwitbronnen zijn duurzamer dan dierlijke eiwitbronnen. Echter wordt over het algemeen aangenomen dat plantaardige eiwitten van lagere kwaliteit zijn dan dierlijke eiwitten. Dit is gebaseerd op zeer beperkt onderzoek met een klein aantal producten. Daarom is het zaak om de eiwitkwaliteit van verschillende plantaardige bronnen in kaart te brengen en hoogwaardige nutritionele plantaardige eiwitbronnen te identificeren. Dit hangt deels af van gewaskeuze(s) en kan verder geoptimaliseerd worden door extractiemethoden.
Bepalen optimale eiwitbehoefte
De Nederlandse Gezondheidsraad hanteert een huidige aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH) van 0.8 gram eiwit per kilogram lichaamsgewicht per dag. Dit is de minimale eiwitbehoefte om het verlies van lichaamseiwit tegen te gaan. Echter kan een hogere eiwitinname verschillende positieve uitkomsten bewerkstellingen. Daarin zal in dit project de optimale eiwitinname bepaald worden in plaats van de minimale eiwitbehoefte. Dit zal gebeuren aan de hand van de niet-invasieve Indicator Amino Acid Oxidation (IAAO) techniek. Deze kennis is nodig omdat enerzijds een suboptimale eiwitinname de gezondheid ondermijnt, en anderzijds omdat onnodige hoge eiwitopnames een relatief grote belasting zijn op de duurzaamheid van de voedselketen.
Doel
Het doel van dit project is om meer duurzame én hoogwaardige nutritionele eiwitproducten te identificeren en te bepalen hoe deze als hoogwaardig alternatief kunnen dienen voor dierlijke eiwitten. Dit gebeurt door het opzetten van de IAAO-methode in Groningen, waardoor (toekomstige) producten sneller, goedkoper, en minder invasief geëvalueerd kunnen worden.
Waarom is dit poject zo belangrijk?
Het project Plant-IAAO draagt bij aan de ambitie voor duurzame productie van voedingsrijke gewassen. Daarnaast krijgen we inzicht in hoe de bewerking van de gewassen kan bijdragen aan een efficiënte verwerking vanuit voedingskundig oogpunt. Dit onderzoek zal de Groningse landbouw en voedingsverwerking sector beter in staat stellen om aan de groeiende vraag voor een meer hoogwaardig plantaardig voedingspatroon van de consument en de politiek te voldoen.
Meer informatie
Projectleiders: Paul de Vos (UMCG) en Jorn Trommelen (MU)
Opgave: Gezonde en gebalanceerde voeding
Partners: FrieslandCampina, Avebe, Maastricht Universiteit, UMCG
Looptijd: september 2023 t/m december 2025
Dit project wordt mede gerealiseerd door het Nationaal Programma Groningen.
Wil je meer weten over het project 'Plant-IAAO'? Neem dan contact op met Agata van Oosten (Program Manager) via agata.vanoosten@ispt.eu, of met Nadine Kool (Program Officer) via nadine.kool@ispt.eu.
Borstvoeding is de beste voeding voor een gezonde groei en ontwikkeling van baby’s. Als er geen borstvoeding (meer) kan worden gegeven is kindervoeding een veilig alternatief. Aan kindervoeding worden enzymatisch verkregen of uit planten gewonnen functionele suikeringrediënten toegevoegd. Deze ingrediënten dragen bij aan een gezonde ontwikkeling van darmbacteriën. Deze stoffen kunnen ook gewonnen worden uit suikerbouwstenen aanwezig in reststromen die uit Noord-Nederland komen, namelijk uit de zuivel en garnalen industrie. Zo dragen we bij aan duurzaam gebruik van landbouwproducten en/of reststromen uit de noordelijke voedselindustrie.
Het doel
In dit project onderzoeken we of we suikerbouwstenen uit lactose en/of chitine (afkomstig van garnalen)-bevattende reststromen kunnen gebruiken als zogenaamde "prebiotica" die aanvullend of uitwisselbaar zijn voor het bevorderen van darmgezondheid. De zuivel- en garnalenindustrie in Groningen levert reststromen die functionele suikerbouwstenen bevatten, vergelijkbaar met die aanwezig in humane melk-oligosacchariden, zoals in moedermelk.
Duurzaam geproduceerde functionele suikers
Gezonde voeding is meer dan nutritionele energie
Binnen opgave 1: gezonde en gebalanceerde voeding staat de productie van gezonde voeding met een hoge(re) kwaliteit en circulair geproduceerde producten centraal. Het is vastgesteld dat deze voeding bijdraagt aan een gezonde darmmicrobiota, wat verwijst naar de triljoenen bacteriën in ons maag-darm kanaal. Deze zijn voor de mens essentieel om complexe voedingstoffen te verteren en om te zetten in producten die wij nodig hebben voor onze darmgezondheid, afweer, stofwisseling en de gezondheid van onze hersenen. Consumenten worden zich hier steeds bewuster van, zo ook ouders van kinderen waar borstvoeding geen optie is en kindervoeding moet worden gegeven.
Consument vraagt om duurzaam geproduceerde functionele suikers
Consumenten willen meer duurzaam geproduceerde functionele suikers in hun dieet en daarmee bijdragen aan een circulaire economie. De verwerking van reststromen tot hoogwaardige functionele producten die de gezondheid bevorderen kan hieronder worden geschaard.
Effecten van de nieuwe duurzaam geproduceerde functionele suikers op darmgezondheid en connectie met het brein
In de afgelopen jaren is gebleken dat de oligosacchariden die nu in kindervoeding worden toegepast, niet alleen darmgezondheid maar ook een gezonde ontwikkeling van de hersenen stimuleert via de darmbacteriën. In dit project onderzoeken we of de functionele suikers die aanwezig zijn in zuivel- en garnalenreststromen ook via de darm de gezondheid van de hersenen bevorderen en de communicatie met de darm optimaal stimuleren.
Meer informatie
Projectleider: Arjen Nauta (FrieslandCampina)
Opgave: Gezonde en gebalanceerde voeding
Partners: RUG, FrieslandCampina, ISPT-AFT
Looptijd: april 2022 t/m december 2024
Wil je meer weten over het project ‘Zoethouders'? Neem dan contact op met Agata van Oosten (Program Manager) via agata.vanoosten@ispt.eu, of met Nadine Kool (Program Officer) via nadine.kool@ispt.eu.
Dit project wordt mede gerealiseerd door het Nationaal Programma Groningen.
Groningse bodem
Binnen Optimens kijken we naar de Groningse bodem en bepalen we welke gewassen geschikt zijn om te telen met behulp van circulaire landbouwmethoden. Hierbij wordt rekening gehouden met beperkingen van een economisch rendabel bouwplan en mogelijke uitputting van de bodem. De gekozen gewassen dragen bij aan goede en duurzaam geproduceerde voedingsmiddelen die optimaal voorzien in de voedingskundige behoeften van de Nederlandse consument.
Verbetering eiwitkwaliteit
Om de eiwitkwaliteit te verbeteren, zullen coöperaties die gespecialiseerd zijn in een bepaald gewas hun bouwplan moeten aanvullen met meer dan één aanvullend (eiwit)gewas om de bodem niet te veel te belasten. Zodra goed in beeld is gebracht welke gewassen mogelijk bijdragen aan een volwaardig, duurzaam voedingspatroon, zal een aanbeveling worden gedaan voor een duurzaam bouwplan en rotatieschema. Samen met de coöperaties zal dan een zaaiplan worden geformuleerd die bijdraagt aan een betere eiwitkwaliteit die past bij de behoefte van de mens. De economische waarde van de gewassen en producten wordt hierin meegenomen.
Duurzaam voedingspatroon
Het doel van alle analyses binnen dit project is om inzicht te krijgen in de veranderde nutriëntenbehoeften van de mens bij een meer plantaardig en duurzaam voedingspatroon. Deze gegevens worden gebruikt om te bepalen hoe de Groningse bodem kan voorzien in deze behoefte. Het kan zijn dat de Groningse bodem hier niet geheel in voorziet en andere producten van elders nodig zijn om tot een optimale samenstelling van essentiële aminozuren te komen.
Bijdragen aan de ambities van Fascinating
Het project Optimens draagt bij aan de ambitie om gezonde en gebalanceerde voeding te produceren. Door onderzoek kunnen we namelijk de vraag beantwoorden hoe de bodem in de provincie Groningen kan voorzien in nutriëntenbehoeften van de mens bij een meer plantaardig en duurzaam voedingspatroon. Daarnaast krijgen we inzicht in welke gewassen mogelijk bij kunnen dragen aan een volwaardig, duurzaam voedingspatroon.
Meer informatie
Projectleider: Renate Akkerman
Opgave: Gezonde en gebalanceerde voeding
Partners: FrieslandCampina, Avebe, Cosun, UMCG
Wanneer: 1 januari 2023 - december 2024
Wil je meer weten over het project Optimens'? Neem dan contact op met Agata van Oosten (Program Manager) via agata.vanoosten@ispt.eu, of met Nadine Kool (Program Officer) via nadine.kool@ispt.eu.
Dit project wordt mede gerealiseerd door het Nationaal Programma Groningen.
Van de innovatietafels op Campus Groningen naar de landelijke borrelplanken: op dinsdag 13 juni werd een nieuwe, plantaardige eiwitrijke snack gelanceerd tijdens het landelijke congres van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Ruim 2.500 burgemeesters en wethouders uit heel Nederland hadden de primeur als eerste te genieten van deze nieuwe eiwitbal tijdens een borrel in de Energy Barn op de Zernike Campus en op de Nieuwe Markt in Groningen. De ‘eiwitbal’, een gezonder alternatief voor de gewone bitterbal, werd ontwikkeld in een regionaal samenwerkingsproject dat als doel heeft om nieuwe, gezondere producten te ontwikkelen uit duurzaam geteelde gewassen. Kirsten de Wrede, wethouder eiwittransitie van de gemeente Groningen, benadrukt het belang van deze ontwikkeling: “We moeten met zijn allen toe naar een gezondere en duurzamere manier van het telen van voedsel. Verschuiving van de consumptie van dierlijke eiwitten naar plantaardige en nieuwe eiwitbronnen, oftewel de eiwittransitie, is hierbij een belangrijk aspect. Ik ben er trots op dat we hier in de gemeente Groningen, als deelnemer aan het samenwerkingsproject, de eiwitbal kunnen lanceren tijdens dit nationale congres. De deelnemers worden hopelijk ambassadeurs van de eiwitbal, zodat binnenkort heel Nederland geniet van deze nieuwe, duurzame snack uit Groningen.”
Kennis, kunde en grondstoffen
Samenwerkingspartners in dit project rond de eiwitbal zijn Fascinating, Avebe, Bidfood, Campus Groningen, Gebiedscoöperatie Zuid- en Oost-Groningen, Hanzehogeschool Groningen, ME-AT the Alternative, MFH Pulses, Patrick Beijk (Mr. Mofongo & de Toekomst Scheemda), Wad’n Keuken, de gemeente Groningen en de gemeente Oldambt. Erich Wünker, wethouder economische zaken van de gemeente Oldambt, voorziet een grote rol voor dit type future foods: “Dit is echt een voorbeeld van het eten van de toekomst. Meer plantaardig, duurzamer en gezonder. In Groningen zijn alle ingrediënten aanwezig om nieuwe producten als de eiwitbal te ontwikkelen: kennis, kunde en grondstoffen zoals duurzaam geteeld graan uit de gemeente Oldambt, de Graanrepubliek van Nederland.”
Unieke eigenschappen
Het eiwitgehalte van de snack is de unieke eigenschap en bestaat onder andere uit aardappeleiwit en veldbooneiwitten uit de regio. De komende maanden werken de projectpartners aan de doorontwikkeling en marktintroductie van de nieuwe eiwitbal. Belangstellenden kunnen alvast meer lezen over deze nieuwe, duurzame snack via https://campus.groningen.nl/future-food. De eiwitbal of eiwitterbal, is momenteel nog een werknaam. Heeft u een goed idee voor een naam voor deze duurzame snack, stuur dan een bericht naar info@campusgroningen.nl
Conventionele landbouw is sterk afhankelijk van het toevoegen van voedingsstoffen die direct door planten worden opgenomen. Wat nog niet algemeen erkend wordt, is dat bodembiota, vooral microben, ook een aanzienlijke invloed heeft op de omvang van de oogst. Niet alleen heeft het bodemmicrobioom een directe invloed op de omvang, maar het heeft ook een directe impact op de gezondheid van de consument.
Jidske Knigge (specialist in bodemmicrobiologie - Bioclear Earth) en Paul de Vos (programmadirecteur Gezonde en gebalanceerde voeding) bespraken afgelopen Koploopbijenkomst waarom plant-microbiële interacties juist gebruikt moeten worden om de duurzaamheid van landbouwpraktijken te vergroten.
Microben bepalen onze gezondheid
“Microben, ook bekend als micro-organismen, zijn levende wezens die onzichtbaar zijn voor het blote oog, zoals bacteriën, virussen, schimmels en andere eencellige organismen. Tijdens de coronacrisis hebben we onszelf aangeleerd dat microben schadelijk zijn, waardoor we massaal onze winkelwagentjes desinfecteren. Echter, niet alle microben zijn slecht voor ons, en sommigen zijn zelfs essentieel voor ons bestaan,” aldus Paul de Vos. Microben bewonen ons menselijk lichaam en dragen bij aan onze gezondheid. Een kind dat opgroeit in een “te schone” omgeving bouwt mogelijk geen sterk immuunsysteem op. Aan de andere kant heeft een kind dat is opgegroeid op een boerderij en veel buiten is geweest, minder kans op allergieën en bijvoorbeeld astma. Dit komt door een hogere blootstelling aan ziekteverwekkers, pathogenen en andere microben.
Een uniek bodemmicrobioom voor elke boer
"Veel microben in ons lichaam komen binnen via de bodem en ons voedsel. In een gezonde bodem vinden we een grote diversiteit aan microben. Een gezond microbioom in de bodem draagt bij aan betere groei en vitaliteit van planten. Om de bodem, en daarmee de gezondheid van planten, mensen en dieren, te verbeteren, is inzicht nodig in de microbiologie. Met behulp van DNA-technieken kunnen we alle microbiologie in kaart brengen," vertelt Jidske Knigge. Resultaten van het Agrifirm Fascinating project, waarbij twee monsters zijn genomen van grond van een boerderij, laten zien dat elke boer zijn eigen unieke samenstelling van microben in de bodem heeft. Met andere woorden, elke boer laat zijn eigen ‘vingerafdruk’ achter op het bodemmicrobioom.
Maakbaar microbioom
Daarnaast is er een duidelijk verschil te zien tussen het microbioom van zand- en kleigrond. Het microbioom is deels maakbaar. De bedrijfsvoering van een boer heeft invloed op zijn microbioom. Bijvoorbeeld, het gebruik van vaste mest bevordert de plantengroei meer dan digestaat en drijfmest. Ook de manier van bemesting speelt een rol. Bovengrondse bemesting stimuleert meer bacteriën die gunstig zijn voor plantengroei dan zodebemesting.
"We zullen de komende jaren veel gaan leren over hoe een gezond bodemmicrobioom kan bijdragen aan een hoger rendement van planten en daarmee een gezondere mens."
- Paul de Vos
Vreugdenhil Dairy Foods heeft zich aangesloten als partner bij het programma Fascinating. Samen met Vreugdenhil Dairy Foods gaan we verkennen hoe we nieuwe en gezonde voeding kunnen produceren en afzetten in een nu snel veranderende markt. Vreugdenhil brengt hier veel kennis en expertise met zich mee.
Erik Petter, COO: “Vreugdenhil Dairy Foods is een speler in hoogwaardige nutritionele melkpoeders met veel product- en technologiekennis. Dankzij het uitgebreide verkoop- en distributienetwerk heeft Vreugdenhil toegang tot markten over de hele wereld. We zijn vooral actief in zuivel, maar produceren daarnaast ook al meer dan tien jaar plantaardige producten. In aanvulling daarop hebben we in 2022 besloten om meer focus op plant based te leggen door hier een strategische prioriteit aan te geven. Dat heeft onder andere geleid tot de aankoop van een nieuwe productielocatie, die geschikt is om ons assortiment in plant based producten in zowel variëteit als volume te vergroten.”
“We zijn onder de indruk van de route die Fascinating volgt, die zich ook richt op nutritioneel hoogwaardige producten. Dit initiatief zet een fantastische stap vooruit, die prima past bij de ingeslagen strategie van Vreugdenhil. Naast melkpoeders, zien we dat er een groeiende markt is voor plant based producten en we kijken ernaar uit die samen verder te verkennen.”
Tjeerd Jongsma, directeur Fascinating: “De focus van het Fascinating programma is gericht op de hele keten: van gezonde voeding tot de teelt van nieuwe gewassen en van duurzame productieprocessen tot benutting van reststromen en circulaire mest.”
Daarvoor zijn alle spelers nodig. Alle partijen in de keten moeten samen werken en investeren om innovaties te ontwikkelen, te testen en naar de markt te brengen. Om het voedselsysteem toekomstbestendig te maken, werken we aan veranderingen met in het achterhoofd de vraag: Welke nieuwe producten kunnen we op de markt brengen met een goed verdienvermogen én om onze gezondheid blijvend te ondersteunen? Daarvoor zijn systeemveranderingen nodig én commitment van alle partijen.
Over Vreugdenhil Dairy Foods
Vreugdenhil Dairy Foods is een speler in de hoge nutritionele melkpoeders met veel product- en technologiekennis. Dankzij het uitgebreide verkoop- en distributienetwerk heeft Vreugdenhil toegang tot markten over de hele wereld.
Over Fascinating
Fascinating werd opgericht door landbouwcoöperaties Agrifirm Avebe, Cosun en FrieslandCampina, in samenwerking met Provincie Groningen, Universitair Medisch Centrum Groningen, LTO-Noord en het Institute for Sustainable Process Technology (ISPT), dat het open test- en innovatieprogramma coordineert. Inmiddels zijn meerdere partijen aangesloten, zoals Rijksuniversiteit Groningen, Gasunie, Rabobank en is er een nauwe samenwerking met Invest-NL en NOM. Nieuwe partners zijn welkom
Het Nederlandse landbouwsysteem moet grondig op de schop. Van de bodem tot de producten die op het bord van de eindconsument belanden. Een enorme transitie, bomvol uitdagingen. Tjeerd Jongsma vertelt in een interview met Change.inc welke mogelijkheden er binnen Fascinating worden onderzocht en hoe de eerste contouren van een duurzaam landbouwsysteem eruit zien.
De uitdagingen in de landbouwsector zijn enorm. En de meningen over hoe we die aan moeten pakken, zijn verdeeld. Iedereen buitelt over elkaar heen in discussies over stikstofproblematiek en de snelheid van de transitie. Dit moet anders volgens Tjeerd Jongsma, want zo schiet de transitie in de landbouw natuurlijk niet op. “Wat mist, is een partij die de regie pakt en een route voor de toekomst uitstippelt waar we met z’n allen achterstaan. Daar proberen we met Fascinating vorm aan te geven.”
Meer gezondheid per hectare
Fascinating voorziet een toekomstig landbouwsysteem dat zowel duurzaam als circulair is, dat ruimte geeft aan de natuur en bijdraagt aan een rijk en gezond bodemleven. Het landbouwsysteem van de toekomst zorgt daarnaast voor gezonde producten op het bord van de eindconsument én gezonde businessmodellen in de gehele agrofoodketen. Reststromen worden daarnaast zo optimaal mogelijk benut. Jongsma: “Meer gezondheid per hectare, zo vat ik het vaak samen. We schetsen een toekomstbeeld dat niet alleen duurzaam is, maar ook zonder subsidies kan beklijven. Dat is een belangrijk verschil met de noodoplossingen die nu geopperd worden.”
Hoe ziet dat er in de praktijk uit? Het gaat bovenal om systemische oplossingen, zegt Jongsma: “Plukbossen zijn leuk en belangrijk om de burger te inspireren. Maar om de grootschalige landbouw in beweging te krijgen, is het niet voldoende. Daar zijn grootschalige interventies voor nodig.”
Toekomstscenario’s doorrekenen
Om de gevolgen van dergelijke systematische oplossingen en interventies door te berekenen, lanceerde Fascinating het Agri-Food-nature Transition Model. Jongsma: “Agrofoodketens zijn ontzettend complex en leiden tot allerlei verschillende vormen van uitstoot. Het is lastig om daar vat op te krijgen. Dit transitiemodel schept orde in de chaos en stelt ons in staat om de effecten van verduurzamingsoplossingen beter in te schatten.”
Systematische oplossing voor mest
Op dit moment werkt Fascinating al aan de ontwikkeling en uitrol van dergelijke oplossingen. Eén daarvan is de vergisting van dagverse mest. Om stikstofemissies in de stal, in de vorm van ammoniak, tegen te gaan wordt er bij deze oplossing gekeken naar het ophalen van dagverse mest, met als bestemming een mestvergister. “Mestvergisters worden momenteel verguisd, dat komt omdat ze nu uitsluitend worden gebruikt om zoveel mogelijk groen gas uit mest te persen. Maar er wordt ook gewerkt aan een methode om stikstof, kalium en fosfaat uit de mest te winnen. Dat kunnen boeren in de akkerbouw gebruiken voor hun gewassen, waardoor het gebruik van kunstmest overbodig wordt. Dan wordt mestvergisting ineens een stuk interessanter.”
Lees het volledige artikel op Change.inc.
De NOM is een investerings- en ontwikkelingsmaatschappij die financiering en advies op maat biedt aan innovatieve ondernemers die starten, willen groeien of zich willen vestigen in Noord-Nederland. Wij helpen ondernemers verder met geld, connecties en kennis. Bij de NOM staan ondernemers centraal, wij staan niet vóór, maar náást de ondernemer. Onze diensten zijn onafhankelijk, laagdrempelig en creatief. Zij dragen bij aan de groei van ondernemers en verstevigen daarmee de noordelijke economie op een duurzame manier. Groeien begint hier.
NV NOM & Fascinating
De NOM richt zich op de wereldwijde transities duurzamer, gezonder en slimmer. Heel logisch dus dat wij een project als Fascinating van harte ondersteunen. Als NOM kunnen we, door ons brede nationale en internationale netwerk, een rol spelen in het verbinden van het mkb met Fascinating. Ook zorgen we voor aansluiting op projecten en programma’s binnen en buiten het Noorden.
Tevens hebben we een specifiek programma voor startups en nieuwe projecten binnen bedrijven, het Business Innovation program Food. Iedereen die binnen de Voedselketen versnelling wil aanbrengen aan de voedseltransitie wordt getraind in het valideren van de markt.
"Om de gevolgen van klimaatverandering en mondiale bevolkingsgroei het hoofd te bieden, moet de manier waarop we ons voedsel produceren en consumeren ingrijpend veranderen. Minder dierlijk en meer plantaardig, korte ketens, recycling van reststromen en geen verspilling. Juist in Noord-Nederland liggen volop kansen om die radicale omslag met succes vorm te geven."
Joep de Vries, Business Developer
"Om de kansen die er in Noord-Nederland zijn daadwerkelijk te benutten en als regio van de voedseltransitie te profiteren, hebben we iedereen nodig. Landbouwcoöperaties, toeleveringsbedrijven, kennisinstellingen en zeker ook het mkb."
Riegiena Eefsting, Business Developer
Wij zijn betrokken bij deze opgaven
Opgave 1
Gezonde en gebalanceerde voeding
Opgave 2
Duurzame productie van nutritionele gewassen
Opgave 3
Energie-efficiënte en duurzame verwerking
Opgave 4
Benutting van reststromen
Het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) is een van de grootste ziekenhuizen van Nederland en de grootste werkgever in het noorden van het land. Meer dan 13.000 mensen werken er in de patiëntenzorg en in toonaangevend medisch onderzoek, met de nadruk op ‘gezond ouder worden’. Het ziekenhuis heeft voor zijn onderzoeks- en onderwijsfunctie nauwe banden met de Rijksuniversiteit Groningen.
Ongeveer 4.100 studenten zijn momenteel ingeschreven voor opleidingen om arts, tandarts of bewegingswetenschapper te worden, en meer dan 450 volgen een medische specialisatie-opleiding. Patiënten komen naar het UMCG voor zeer gespecialiseerde diagnostiek, onderzoek of behandeling. Alle patiënten in het noorden van het land met gecompliceerde of zeldzame aandoeningen worden uiteindelijk doorverwezen naar het UMCG. De excellente zorg is altijd gebaseerd op de laatste inzichten en gegeven door de beste artsen en verplegend personeel.
UMCG & Fascinating
"Veel van het onderzoek dat wij doen in het UMCG draait om gezond ouder worden. Een duurzaam, gezond dieet draagt daaraan bij."
Paul de Vos, programma directeur Opgave 1: Gezonde en gebalanceerde voeding
Wij zijn betrokken bij deze opgaven
Cosun is een agrarische coöperatie die in handen is van zo’n 8.400 telers van suikerbieten. Iedere dag werken onze telers, partners en medewerkers aan een transparante en circulaire manier om de volle potentie van planten te ontsluiten en om te zetten in waardevolle, plantaardige oplossingen. Onze visie The Plant Positive Way vindt haar basis in het fundament van bijna 125 jaar Cosun historie in succesvolle verwaarding van akkerbouwgewassen als suikerbieten, cichorei en aardappelen in een divers portfolio van producten met toegevoegde waarde. Deze gewassen bieden ongelimiteerde mogelijkheden. Door het inzetten van dit plantaardige potentieel dragen we bij aan transities rond klimaatverandering, de vervanging van fossiele grondstoffen, de eiwittransitie en de groeiende vraag naar voeding en gezondere voedingsingrediënten. Wij geloven dat planten de oplossing kunnen zijn voor deze uitdagingen. De plant is onze held.
Cosun & Fascinating: innovatieve slagkracht
"De doelstelling van het programma Fascinating sluit aan bij de doelstelling van Cosun: duurzame en slimme oplossingen creëren voor de huidige en toekomstige generaties. Via een toekomstbestendige en duurzame keten, groei realiseren en goede resultaten voor onze telers behalen. Zodat zij hun mooie bedrijf weer kunnen doorgeven aan de volgende generaties. Hiervoor is slagkracht nodig! Op het gebied van innovatie en samenwerking. Door Fascinating kunnen we mét belangrijke partners die noodzakelijke versnelling bereiken. Op het gebied van bodemvruchtbaarheid, technologieontwikkeling en de voedseltransitie."
Teun van der Weg - Projectmanager
Wij zijn betrokken bij deze opgaven
Opgave 1
Gezonde en gebalanceerde voeding
Opgave 2
Duurzame productie van nutritionele gewassen
Opgave 3
Energie-efficiënte en duurzame verwerking
Opgave 4
Benutting van reststromen
Met meer dan 3.000 betrokken medewerkers met de ambitie om iedere dag te excelleren, draagt Royal Agrifirm Group bij aan een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties. Wij leveren meetbare, relevante en duurzame waarde op het boerenerf, op de akker en aan de voederindustrie. 120 jaar geleden opgericht in Nederland, zijn we nu een toonaangevende, agrarische coöperatie met een internationaal netwerk van dochterbedrijven gevestigd in Europa, Zuid-Amerika, de Verenigde Staten van Amerika, Azië en een wereldwijd distributienetwerk.
120 jaar coöperatieve kennis en ervaring voor boeren en telers
Door talloze jaren van mondiaal wetenschappelijk onderzoek te combineren met lokale, specifieke kennis van de agrarische en veevoedersector, bieden wij onze klanten wereldwijd de beste oplossingen voor de uitdagingen waar zij iedere dag mee te maken hebben. Agrifirm is de nummer één kennis- en oplossingsgerichte partner voor onze klanten op het gebied van veevoeders, teelten en dier-, plant- en bodemgezondheid. We ontwikkelen samen met onze boeren oplossingen voor de toekomst die het nog beter doen voor natuur en milieu én perspectief bieden voor onze boeren en telers.
Agrifirm & Fascinating: Better Together
Een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties creëren is een continu proces van samenwerken tussen boeren, telers, bedrijven, overheden en kennisinstellingen. Binnen Agrifirm noemen we dat "Better Together". Fascinating biedt het platform om deze samenwerking te organiseren.
“Ik geloof dat veel kennis en kunde voor het oprapen ligt. Door de juiste mensen bij elkaar te brengen kun je daarom snel van idee naar impact op het boerenerf gaan. Het eerlijke verhaal is dat dat soms moeilijk is, maar wel precies is wat Fascinating levert.”
Auke Schripsema, Manager Ledenprojecten
Wij zijn betrokken bij deze opgaven
Opgave 1
Gezonde en gebalanceerde voeding
Opgave 2
Duurzame productie van nutritionele gewassen
Opgave 3
Energie-efficiënte en duurzame verwerking
Opgave 4
Benutting van reststromen
Invest-NL is in 2020 door de Nederlandse overheid opgericht om grote maatschappelijke transities beter financierbaar te maken en om er voor te zorgen dat ondernemingen beter toegang krijgen tot risicokapitaal.
Als impactinvesteerder maken we Nederland duurzamer en innovatiever. Dit doen we door het financieren van projecten en ondernemingen, maar ook door kennisopbouw, partijen te verbinden en samen bussiness cases financierbaar maken.
Uitgangspunt van onze strategie is dat wij de hoogste prioriteit geven aan het financierbaar maken van de transitie naar een carbonneutrale en circulaire economie. Daarnaast investeren we in specifieke thema’s en in innovatie scale-ups. Voor de komende jaren hebben we dit uitgewerkt in zes thematische focusgebieden; Agrifood, Energie, Biobased & Circulair, Deep Tech, Life sciences & Health en Investeringsfondsen. Invest-NL werkt altijd samen met andere financiers en is de Nederlandse partner voor Europese instellingen zoals de Europese Investeringsbank (EIB) en het Europese Investeringsfonds (EIF).
Invest-NL & Fascinating
De samenwerking met Fascinating heeft tot doel de transitie richting een klimaatneutraal en circulair voedselsysteem te versnellen door het opzetten en versterken van samenwerkingen, het opschalen van innovatieve oplossingen en ontwikkelen van rendabele business cases.
"Samen met Fascinating willen we een belangrijke bijdrage leveren aan de eiwittransitie door het vergroten van het aanbod aan eiwitrijke gewassen in Nederland en ontwikkeling van innovatieve toepassingen van plantaardige eiwitten en reststromen. Vanuit Invest-NL spitsen onze activiteiten zich hierbij toe op het beoordelen van business cases, het aanhaken van innovatieve partijen en het waarborgen van het open innovatiekarakter."
Rik Pantjes, Teamlead Agrifood Business Development
Wij zijn betrokken bij deze opgaven
Opgave 1
Gezonde en gebalanceerde voeding
Opgave 2
Duurzame productie van nutritionele gewassen
Opgave 3
Energie-efficiënte en duurzame verwerking
Opgave 4
Benutting van reststromen
Grote kans dat je als ondernemer al veel bezig bent met de vitaliteit van jouw bodem. Bij een gezond bodemleven spelen de functies van organismen een belangrijke rol. Wat doen bijvoorbeeld bacteriën, schimmels, aaltjes en wormen voor jouw bodem? En hoe kun je de productie van gewassen verbeteren? Dat leer je tijdens het gratis webinar Bodembiologie op woensdag 23 maart om 20.00 uur.
Er is steeds meer bewustwording dat bodembiologie invloed heeft op de productie van gewassen. De hoge prijzen van meststoffen en de veranderende regels rond stikstof zorgen dat het steeds moeilijker wordt om financieel rendabel door te kunnen gaan. Het op het juiste moment beschikbaar maken van de juiste nutriënten is vakmanschap. Bacteriën, schimmels, aaltjes, protozoa, geleedpotigen en wormen dragen allemaal bij of voorkomen dat planten nutriënten kunnen opnemen. Hoe we dit slim meten en hoe we meetresultaten kunnen omzetten in concrete acties is een vakgebied dat volop in ontwikkeling is. Wij nemen je graag mee in deze ontwikkelingen met als doel gezondere gewassen, minder inputs en een beter verdienmodel voor jou als ondernemer.
Laat je inspireren
Tijdens het webinar Bodembiologie nemen experts jou mee in de kansen van het bodemleven en krijg je nieuwe inzichten. Bovendien krijg je na afloop de kans om mee te doen met een gratis bodemtest door een specialist. Je gaat dan daadwerkelijk aan de slag gaan met jouw bodem.
Programma
20:00 – 20:10 Welkom door voorzitter
Arjan Coppelmans, Ledenraadslid Agrifirm & Ledenraadslid Friesland Campina
20:10 – 20:30 Verdienen aan jouw bodembiologie
Thea van Beers, Senior bodemdeskundige Agrifirm
20:30 – 20:50 Bacteriën meten en daarop acteren
Eline Keuning MSc, adviseur bodemgezondheid, BioClear Earth
20:50 – 21:10 Schimmels in kaart brengen
Vincent Merckx, Dr. Naturalis Biodiversity Center & University of Amsterdam
21:10 – 21:30 Stimuleren van bodemleven voor gewasopbrengst
Dr. Ir. Christiaan Kapper regeneratief landbouwer, Soilbase
21:30 – 21:50 Bekijk zelf de bodem met een microscope
Drs Tanja Dekker, Bodemlevenadviseur, Soil Food Web
21:50 – 22:00 Fascinating Aanbod: Bodemtest op jouw bedrijf
Auke Schripsema, Coördinator Project Bodembiologie, Fascinating
Kijk je mee?
Het wordt een informatieve avond met veel inspiratie en praktische tips. Meld je aan voor dit webinar Bodembiologie.
Na aanmelding ontvang je via de mail de inloggegevens voor deze bijeenkomst. Dit webinar word je aangeboden door Fascinating in samenwerking met Agrifirm, Royal Avebe, Cosun, Friesland Campina en LTO Noord. Fascinating zet zich in voor de toekomst van de landbouw. Het test- en innovatieprogramma richt zich op een circulair landbouwsysteem en doet onderzoek naar de kansen van hoogwaardige eiwitrijke gewassen.
FrieslandCampina is een coöperatie van bijna 17.000 melkveehouders. Het zit in ons DNA om samen te werken voor de lange termijn. Want alleen met samenwerken kunnen we de grote uitdagingen echt aan. Dat geldt ook voor onze bijdrage en deelname aan Fascinating.
Het verhaal van FrieslandCampina en onze relatie met melk begint in 1871. In dat jaar besloten boeren hun krachten te bundelen en plaatselijke zuivelfabrieken te stichten. Zo konden ze hun marktpositie versterken en de afzet van hun melk veiligstellen. Inmiddels is FrieslandCampina een van de grootste zuivelondernemingen in de wereld. Elke dag voorzien we miljoenen consumenten wereldwijd van waardevolle voedingsstoffen uit melk. Niet alleen via melk zelf, ook met allerlei zuivelproducten die we daarvan maken.
In balans met natuur en klimaat
Bij FrieslandCampina draait het om nourishing by nature en drie onderliggende pijlers: Alles wat we doen staat in het teken van betere voeding voor de wereld, goede inkomsten voor onze boeren, nu en in de toekomst.
Dat betekent dat wij de voedingsstoffen en producten die we bieden produceren in balans met de planeet: met natuur en klimaat. En op zo’n manier dat het toepasbaar en werkbaar is voor alle betrokkenen. Alleen zo kunnen we echte veranderingen, op schaal, realiseren.
FrieslandCampina & Fascinating: Coöperatieve kracht
"Wij geloven dat het cruciaal is om ‘de nutriëntencyclus’ op termijn te sluiten. Daarnaast werken we naar netto positieve biodiversiteitsimpact en netto klimaatneutraal produceren. En dat allemaal op zo’n manier dat onze leden een aantrekkelijk vak blijven behouden en hun mooie bedrijf weer kunnen doorgeven aan de volgende generatie en die daarop. Dat bij elkaar zijn grote uitdagingen! Dat vraagt om anders denken, kruisbestuiving, onderzoeken, toetsen. Want dat hebben we door de jaren heen al gezien en zelf doorgemaakt: wat eerst gezien werd als afval kan voor anderen een waardevolle grondstof zijn. Of wat voor de een onmogelijk was om de kringloop te sluiten, kan door aanhaken met een ander opeens tot een waardevolle oplossing leiden. Dat is wat we met Fascinating kunnen bereiken: de kracht van coöperaties, hoogwaardige landbouwkennis en innovatie. Die combinatie kan leiden tot de toekomst van onze voedselproductie."
Sanne Griffioen, Manager Expertteam Sustainability
In Nederland hebben we ons de afgelopen generaties zeer succesvol geconcentreerd op volume en efficiency. We zijn koploper commodities geworden in de wereld. Met schaarse en kostbare grond en arbeid, klimaat- en biodiversiteitsvraagstukken is dit niet langer houdbaar. Opnieuw zullen we onze akkerbouw moeten uitvinden. Hoge kwaliteit, gezondheid en duurzaamheid moeten de waarde nu opleveren. Onze leden leveren hier elke dag een belangrijke bijdrage aan: ze leveren plantaardige waarde uit hun akker. Voedingswaarde. Economische waarde. Duurzame waarde.
Dit doen we door samen te werken. Dat is iets wat we bij Avebe al ruim 100 jaar doen. Samen met onze leden, medewerkers, klanten en andere partners halen we alles uit de zetmeelaardappel wat erin zit. Ooit begonnen met het zetmeel en later gevolgd door andere waardevolle ingrediënten. Denk aan plantaardig eiwit. Vroeger was dit afval, later diende het als veevoer en inmiddels is het niet meer weg te denken als bron voor gezonde voeding. Daarmee creëren we veel waarde voor onze leden, klanten en de consument. Denk aan het dierlijk eiwit te vervangen door ons plantaardige aardappeleiwit.
Waarom Royal Avebe partner is in het Fascinating programma
We zijn allemaal op zoek naar nieuwe technologie en gezamenlijk gaat dat sneller. Het Fascinating programma is een steun in de rug van boeren, verwerkende industrie en dus voor onze klanten.
We beseffen heel goed dat wij zelf de nieuwe verdienmodellen moeten ontwikkelen om op een duurzame manier te innoveren en de landbouw te kunnen behouden. En hoe mooi is het dat we de toekomst van de landbouw in Groningen kunnen schrijven?
"Een toekomst waarin duurzaamheid, natuur, gezonde voeding en economische impact elkaar versterken door een verbeterde marktpropositie. En dat binnen 10 jaar te realiseren. Daar hoefden we niet lang over na te denken. Wij doen mee! Samen met andere partners waaronder de coöperaties en kennisinstellingen zetten we onze schouders eronder."
Peter Erik Ywema, Director Sustainability Royal Avebe